vrijdag 24 mei 2013

Cultuurportfolio 10: Junya Ishigami - How Small? How Vast? How Architecture Grows


 Van 8 februari tot 16 juni 2013 stelt de Japanse architect Junya Ishigami zijn werk tentoon in de Singel in Antwerpen. Het is een gratis tentoonstelling van het Vlaams Architectuurinstituut met dank aan de Shiseido Gallery in Tokio. De titel van de expositie How Small? How Vast? How Architecture Grows luidt naar de eigenzinnige blik van Ishigami op architectuur. Ook is dit zijn eerste overzichtstentoonstelling op het Europese land.
Junya Ishigami is geboren in 1974, in Kanagawa, in Japan. Hij genoot tot 2000 een masteropleiding architectuur in de Tokyo National University of Fine Arts and Music. Hij werkte in het Japanse SAANA van 2000 tot 2004 samen met Kazuyo Sejima, één van de belangrijkste vrouwelijke Japanse architectes. Na 2004 startte hij zijn eigen architectuurbedrijf: junya.ishigami+associates.
Zijn grootste inspiratiebron voor zijn architectuur is fysica; spelen met licht, kracht en materie. Het liefst van al daagt hij de zwaartekracht uit. Ook de natuur speelt een grote rol in zijn ontwerpen, net zoals de oude japanners dat deden. Deze inspiratiebron leidt hem tot ongrijpbare, experimentele en groeiende vormen. Enkele voorbeelden:
·      De KAIT, een studio/werkplaats in Kanagawa waarvan de wanden volledig uit glas bestaan. 305 ongeorganiseerde pilaren houden het gebouw recht.





·      








De Balloon Exhibit voor The Space For Your Future is een enorme ballon uit metaal en weegt één ton. Een aluminium skelet met een blinkende huid is gevuld met helium en beweegt zeer traag door een iets grotere ruimte dan de ballon.




·     














Table is een opstelling van een tafel. Een tafel met vier poten, een lengte van 950 centimeter en een tafelblad met een dikte van … drie millimeter. Het meubel steunt volledig op het aspect ‘evenwicht’. Wanneer men het tafelblad aanraakt volgt er een rimpeling over het hele oppervlak. Zonder voorwerpen erop kan de tafel niet bestaan. Een wel heel speciale uitwerkingstechniek zorgt voor deze wonderlijke illusie.
 















De naam en de stijl van Junya Ishigami kende ik nog niet voor ik naar deze tentoonstelling ging. Het heeft me héél aardig verrast op welke manier men ook aan architectuur kan werken. Ook de ontwerpen en creaties van de Japanner zijn zeker niet alledaags.



zaterdag 15 december 2012

Cultuurportfolio 9: The Artist


The Artist is een Franse stomme film uit 2011. De film is volledig opgenomen in zwart-wit naar een script en regie van Michel Hazanavicius. De hoofdrolspelers zijn Jean Dujardin en Bérénice Bejo. The Artist werd in 2011 genomineerd in de categorie beste film voor de 24e Europese filmprijzen en werd zes keer genomineerd voor een Golden Globe. Twee van de Golden Globes gingen naar beste komische film en beste muzikale film. Tijdens de 84e Oscaruitreiking won de film vijf Academy Awards waaronder die van beste film, beste regisseur en beste mannelijke acteur in de hoofdrol.
The Artist is een imitatie van de stomme film op zijn hoogtepunt (rond 1920). De film laat de overgang zien van stille films naar films met klank. Er wordt ook gebruik gemaakt van karakteristieke, minimale tussentitels, krachtige beelden, sterke mimiek en uiteraard klassieke filmmuziek van Ludovic Bource. In de hele film wordt niet gesproken behalve in de laatste minuut.
Het verhaal gaat over een fictieve filmster George Valentin (Jean Dujardin). Hij maakt de ene na de andere succesvolle film, doet met zijn glimlach vele vrouwen zwijmelen en is algemeen geliefd. Zijn invloed is zo groot dat hij de jonge, onbekende Peppy Miller (Bérénice Bejo)  bekendheid bezorgt en een rolletje in zijn nieuwste film als danseres bezorgd. Peppy evolueert naar een echte filmster, groter dan George omdat zij één van de actrices is die de film met klank heeft vastgelegd. George gelooft echter niet in de geluidsfilm en neemt ontslag bij de baas van de studio (John Goodman). Eerst begint hij zelf met films te maken maar de eerste flopt echter meteen, later verlaat zijn vrouw hem en gaat hij failliet.
De enige die erom treuren zijn Peppy Miller, die inmiddels een enorme ster van de geluidsfilm is geworden, en George’s trouwe bediende (James Cromwell). Zij helpen de suïcidale George Valentin weer hogerop en gaat terug in de showbizz. Niet zoals verwacht samen met Peppy in de geluidsfilm, maar als een duo tapdansers, wat de studiobaas van Peppy , -ex van George, erg apprecieert.
Ik vond dit echt een goede film hoewel het geen echte ‘blockbuster’ is. Het is ook een leuk idee om de klankloze zwart-wit films te eren en te imiteren. Ik vind de prijzen die de film gewonnen heeft echt terecht.






Het Logo




de laatste scène




De Affiche

Cultuurportfolio 8: Benefietshow SJI Borsbeek


Zoals elk jaar organiseerde het Sint-Jozefsinstituut in Borsbeek (mijn vorige school) een benefietvoorstelling. Ieder jaar hangt er een ander thema aan vast, dit jaar was het thema ‘1001 nachten’. De hele zaal was versierd met koepels en minaretten, paleizen en doeken, goud en warm rood. In de show deden leerlingen en leerkrachten van de school een optreden, een combinatie van zang, cabaret en dans. In de wel drie uur durende voorstelling gooiden enkele leerlingen hun zangtalent op tafel. Ook toneel ontbrak niet: een groepje zesdejaars gaven het beste van zichzelf in een ‘aflevering’ van F.C. de Kampioenen. Leerkrachten lieten zich ook volledig los op harde rockmuziek en hippe nummers. De show werd komisch gepresenteerd door leerkrachten meneer Colman en meneer Vervaet, allebei verkleed als Arabieren.
De benefietvoorstelling, waarvan de opbrengst naar een eigen school in Ecuador ging, was leuk om mee te pikken. Ik heb me enorm geamuseerd en de tijd vloog voorbij. Een leukere benefietshow kan ik me niet voorstellen!

Cultuurportfolio 7: Brugge

De hoofdstad van de provincie West-Vlaanderen: Brugge. Een wereldwijde toeristische, middeleeuwse trekpleister, opgenomen op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Behalve boottochtjes maken op de rivier ‘de Reie’ kan je in Brugge ook tal van musea bezoeken. Enkelen hiervan zijn het Groeningemuseum, het Sint-Janshospitaal en het Gruuthusemuseum. Ook zijn er nog tal van religieuze gebouwen uit de middeleeuwen: de Onze-Lieve-Vrouwekerk, de Heilig-Bloedbasiliek en het begijnhof aan het Minnewater. Ook zijn de authentieke, middeleeuwse poorten zijn nog te zien aan de grens van Brugge. Bekende Bruggelingen werden ook vereeuwigd in een bronzen beeld, zo is er Jan Breydel en Pieter de Coninck, Jan Ven Eyck, Hans Memling en Guido Gezelle. Deze beelden staan ook op een plein genoemd naar de gebeeldhouwde.

Brugge is zeker geen saaie stad voor wie van kunst en geschiedenis houdt. Ik vind dat Brugge de mooiste stad van België is omdat het tal van prachtige gebouwen en een héél dik geschiedenisboek heeft.



Foto’s:


 






































































   Guido Gezelle             Jan Van Eyck           Hans Memling





Jan Breydel en Pieter de Coninck





Onze-Lieve-Vrouwekerk





Het Begijnhof en het Minnewater








Heilige Bloedbasiliek